Beroepenveldcommissie hoog nodig bij onderwijsinstellingen voor nauwere samenwerking met arbeidsmarkt

Oct 12, 2020

De studierichting Agogische Wetenschappen en Onderwijskunde (A&O) van de Anton de Kom Universiteit van Suriname beschikt sinds kort over haar eigen beroepenveldcommissie (BVC A&O). Elke zichzelf respecterende onderwijsinstelling, zeker op HBO en WO niveau, dient een nauwe samenwerking te hebben met de arbeidsmarkt waarvoor zij dus afgestudeerden (arbeidskrachten) aflevert. Conform de NOVA – standaarden is het installeren van een beroepenveldcommissie/ werkveldadviesraad ook een vereiste. Gezien de studierichting voornemens is de accreditatie aan te vragen in 2021, was het dus van belang deze commissie te installeren. 

Wat is een BVC?

Deze commissie is een mechanisme om het onderwijs en onderzoek binnen de studierichting beter af te stemmen op het werkveld. Daarnaast richt het zich ook tot de maatschappelijke ontwikkelingen en zorgt voor een wisselwerking tussen wetenschapsbeoefening en maatschappijontwikkeling.

“Wij zijn ons van bewust dat de behoefte van de maatschappij steeds aan het veranderen is. Om te voldoen aan de behoefte en zelf noodzaak van de maatschappij is dit orgaan dus essentieel”, vertelt Romano Morsen, vertegenwoordiger van de studierichting A&O binnen de BVC, aan Connect.

Alle studierichtingen die reeds geaccrediteerd zijn of voornemens zijn de accreditatie bij het Nationaal Orgaan voor de accreditatie (NOVA) aan te vragen hebben een beroepenveldcommissie geïnstalleerd. De naamgeving kan wel verschillen. A&O praat over een beroepenveldcommissie, terwijl andere studierichtingen andere benamingen gebruiken, zoals werkveldadviesraad. De taakstelling is identiek.

De BVC leden

De BVC A&O bestaat uit experts uit verschillende geledingen van het beroepenveld van agogische, onderwijskundige en pedagogische professionals. De leden van de commissie vertegenwoordigen een der disciplines gerelateerd aan de studierichting A&O, om zo vanuit een breder perspectief de aansluiting tussen opleiding en werkveld te kunnen waarborgen.

“Er is nagegaan welke organisaties inderdaad de disciplines vertegenwoordigen welke wij afleveren. In deze gaat het dus om agogiek, onderwijskunde en pedagogiek. Vervolgens zijn wij nagegaan welke sterke krachten uit de arbeidsmarkt inderdaad binnen deze disciplines opereren, maar ook willing zijn hun krachten op deze manier te leveren aan de studierichting c.q. de universiteit. Er is een profiel opgesteld waaraan de leden/ de commissie zouden moeten voldoen in de vorm van een reglement. Op basis hiervan zijn wij gestart met het werven van leden, waarvan deze 5 leden het resultaat zijn”, legt Morsen uit.

Advies

De leden van de BVC A&O informeren de studierichting A&O over de ontwikkelingen in het werkveld. Zij adviseren hoe deze ontwikkelingen zijn te vertalen naar het curriculum van de opleiding. Andersom legt de opleiding voorgenomen veranderingen ter toetsing voor aan de BVC. De BVC is nu hard bezig met het bestuderen van het curriculum e.d., waarna het eigenlijke werk zal beginnen. Tijdens de oriënterende gesprekken zijn zaken zoals revisie van de eindtermen, revisie van het beroepsprofiel van de afgestudeerde A&O ‘er en het aanpassen van het vakkenpakket/ het programma reeds aan de orde gekomen.

De BVC A&O bestaat uit de volgende leden (L-R):

Mw. Angèle Wallerlei – Kumbangsila MBA, Nrs. Ed., RN – voorzitter

Dhr. drs. Justus Hew – A – Kee – ondervoorzitter

Dhr. Yuro Dipotaroeno MSc. – lid

Mw. Anouska Blanca BBA – lid

Dhr. drs. Dirk Currie – lid

Onder: Romano Morsen, de liaison, tussen A&O en de BVC